Week 6.1 - Back to business

25 april 2019 - Addis Abeba, Ethiopië

Eenmaal aangekomen in Addis werd ik opgepikt door de chauffeur van mijn stage-organisatie, zodat ik zo snel mogelijk kon aansluiten bij de vergaderingen van die dag. Mijn VU-supervisor Mitzi en Anna, iemand van mijn stage in Nederland waren namelijk vanaf zaterdag in Addis om de voortgang van het project te bespreken, waar mijn onderzoek ook onder valt. Moges vertelde me aan de telefoon om te zoeken naar de ‘black driver’, waarvan ik dacht dat hij refereerde aan bijvoorbeeld zijn kleren. Interessant genoeg maken zelfs mensen hier onderscheid op basis van huidskleur en had de chauffeur zijn bijnaam te danken aan het feit dat hij blijkbaar wat donkerder is dan de gemiddelde Ethiopiër. Helaas had ik twee dagen gemist door mijn onverwachtse deportatie (ik heb het vermoeden dat dit woord niet echt in deze context wordt gebruikt, maar oké), waardoor we maandag en dinsdag vrij lange dagen hebben gemaakt. Anna ging woensdagochtend al weg, dus als kers op de taart hadden we dinsdagavond ook nog een afscheidsdiner met wederom injera, traditionele dans en muziek. Intussen had ik wel redelijk mijn grens van sociaal doen bereikt na een vakantie met Martijn, dagen in Oeganda met allerlei mensen en daarna veel vergaderen. Mitzi bleef echter nog een dag langer en wilde graag wat meer van Ethiopië zien, buiten Addis. Zij helpt mij altijd waar mogelijk en wil dat ook na mijn afstuderen doen bij een eventuele publicatie, dus daar maakte ik graag nog wat tijd en energie voor vrij. We gingen naar Debre Zeyit, waar ik de eerste zaterdag na aankomst ook was geweest. Dit ligt een uurtje buiten Addis en heeft verschillende meren. Om de Afrika-ervaring compleet te maken (en vooral om geld te besparen) gingen we met het openbaar vervoer, wat verbazingwekkend soepel verliep. Met allebei een focus op handicaps in ons onderzoeksveld verwonderden we ons over de creativiteit van de mensen hier. Zo had iemand een eigen elektrische rolstoel gebouwd door wielen onder een stoel te stoppen en daarvoor een elektrische grasmaaier te binden. We hebben gezellig in een bootje gevaren, bij verschillende meren gezeten en geluncht met mensen die toevallig in hetzelfde vakgebied als wij zaten. Dat is het leuke aan dit land, iedereen praat met iedereen. Zo ga je met lunchen ook gewoon gezellig bij elkaar aan tafel zitten en kijk je naar elkaar in plaats van naar je telefoon. Mitzi had geen hotelkamer meer dus ging met mij mee naar huis, tot twaalf uur ’s avonds. Daarna had ik erg veel behoefte aan alleen zijn en een rustig dagje alles op orde krijgen, dus dat is wat ik die donderdag heb gedaan.

thumb_IMG_0808_1024 thumb_IMG_0805_1024 Dagje Debre Zeyit

Echter, op een of andere manier duren die verlangens naar stabiliteit nooit echt lang en roept het avontuur. Ik werd uitgenodigd om Mexicaans te gaan eten en vervolgens uit te gaan, wat een exacte herhaling was van mijn leven precies een week geleden – maar dan in een ander land. Het was heerlijk om mijn vrienden weer te zien na zo’n ‘lange tijd’ en we hebben ons kostelijk vermaakt. Het uitgaan blijft elke keer weer fascinerende inzichten opleveren. Zo zijn er bijvoorbeeld meisjes die in pyjama binnenkomen, omdat ze tegen hun ouders hebben gezegd dat ze een sleepover hebben met vriendinnen. Vervolgens trekken ze in het toilet de meest sletterige kleren aan en zijn ze klaar voor een avond uit. Het lijkt mij persoonlijk niet nodig om in pyjama naar een hypothetische sleepover te gaan, maar blijkbaar maakt dat het verhaal geloofwaardiger. Na het uitgaan stuitte ik op hetzelfde planningsprobleem als die ik eerder had gehad: vroege bussen. Alan had me eerder die week gevraagd of ik zin had om een tripje te maken buiten Addis. Ik ken Alan al vanaf dag 5 (dag 1 klinkt cooler, maar dat zou gewoon een leugen zijn) en ik heb hem leren kennen als een gezellige Fransman die prettig gezelschap is. Hij is hier even lang als ik en was nog niet uit Addis geweest, dus had behoefte aan even wat anders zien. Hoewel ik intussen al veel weg was geweest, was ik nog nooit in het Oosten van het land geweest en bovendien moest ik tot donderdag wachten voor ik mijn data kreeg. Dit leek me een mooie kans om nog wat vrijheid te pakken nu het nog kon.

thumb_IMG_0819_1024Mexicaans eten 

Doordat het uitgaan iets later was geworden dan gehoopt, moesten we meteen door naar de bus. Eerst was er nog een kleine, moeizame tussenstop bij Alan’s hostel. Omdat hij de kamer per nacht betaalt wilde hij uitchecken en moest daardoor alles meenemen. Een backpack dronken inpakken bleek echter een grote uitdaging en uiteindelijk vertrokken we met nog wat van zijn vesten aan, een nekkussen om en wat extra dingen in onze handen. Dat is het voordeel van gratis wonen: ik kan alles laten liggen en reizen is niet extreem duur, de huur in de Nederland per nacht is vaak duurder dan een hostel hier. Bij het busstation moesten we de juiste bus vinden, wat nuchter ook al een uitdaging is. Ik voelde me een ware ‘Wie-is-de-Mol’ kandidaat die een race tegen de klok deed. Efficiënt verdeelden we de bussen waar we omstebeurt in renden om onze bestemming te roepen en te kijken of er iets van respons op kwam. Eenmaal in de bus vielen we tevreden in slaap. Na een aantal uur werd ik wakker gemaakt door de man voor mij, waardoor ik logischerwijs dacht dat er een pauze was. Maar nee, hij vond gewoon dat ik nu wel genoeg geslapen had, alsof hij de persoonlijke missie had om mijn bioritme te bewaken. De mensen hier hebben een mate van zich met elkaar bemoeien die ver van de Nederlandse cultuur afstaat. Zo was ik ook in slaap gevallen terwijl een vrouw over mijn hoofd bleef aaien, ‘zodat ik makkelijker in slaap kon vallen’. Sommige dingen moet je maar gewoon accepteren. De resterende uren spendeerde ik wakker (nadat ik voor de tweede keer in slaap was gevallen, was ik namelijk weer wakker gemaakt door die man), starend naar kilometers van een prachtig, steeds groener wordend landschap. Op naar het Oosten!

thumb_IMG_0826_1024 Uitzichtje vanuit de bus

Foto’s